Nieuwe deelnemers worden vanaf dag één begeleid en kunnen meteen deelnemen aan (groeps)activiteiten, huishoudelijk taken opnemen, bezoek ontvangen, werk zoeken en het transitiehuis verlaten onder begeleiding. Na een korte kennismakingsperiode kan de deelnemer een tewerkstelling aanvatten op de reguliere arbeidsmarkt in loondienst. Hierin wordt hij bijgestaan door de begeleiders, alsook door externe partners zoals VDAB. Als samenwerkingspartner biedt Groep Intro ook de nodige ondersteuning wat betreft de toeleiding naar de arbeidsmarkt van meer kwetsbare deelnemers. Zij kunnen begeleid worden naar werk binnen een maatwerkbedrijf of extra ondersteund worden door projecten die zich richten op tewerkstelling voor ex-gedetineerden. Uiteraard behoort het volgen van een opleiding gericht op latere tewerkstelling eveneens tot de mogelijkheden.
Deelnemers kunnen het transitiehuis ook verlaten voor andere activiteiten gericht op hun re-integratie. Sport en spel zijn voor veel mensen belangrijke uitlaatkleppen, dus ook voor de deelnemers van een transitiehuis. Zo wordt er in het kader van de begeleiding gezocht naar een zinvolle vrijetijdsbesteding, afhankelijk van de interesses van de deelnemer en het beschikbare aanbod in de regio.
De deelnemers maken naast de groep van het transitiehuis uiteraard ook deel uit van een persoonlijk netwerk. Het betrekken van dit netwerk is inherent aan de werking van het transitiehuis. De deelnemer is naast (ex-)gedetineerde in de eerste plaats een mens en neemt van hieruit verschillende rollen op in het leven. Hij is vader, partner, zoon, broer, vriend. Tijdens zijn verblijf in het transitiehuis krijgt de deelnemer de kans om al deze rollen opnieuw te gaan opnemen. Hij kan de banden met familie opnieuw aanhalen en versterken door ze te bezoeken in de eigen context aan de hand van uitgaansvergunningen (UV’s) en, indien toegekend, door middel van Penitentiair Verlof (PV).
Ook het opstarten en onderhouden van een professioneel netwerk, behoort tot het aanbod. Indien nodig kan er tijdens het traject hulpverlening worden opgestart. Dit kan gaan over psychosociale hulp, verslavingshulp, begeleiding bij budgetbeheer, etc. Dit kadert in de samenwerking met betrokken dienst- en hulpverlening die beschikbaar is in de samenleving. Deze hulpverlening kan dan bij uitstroom worden verdergezet en worden opgevolgd door het justitiehuis.
Activiteiten die de deelnemer alleen buitenshuis onderneemt (uitgangen), worden stelselmatig opgebouwd, steeds grondig voorbereid en nauwgezet opgevolgd en geregistreerd door de betrokken coach en de verantwoordelijke van het transitiehuis. De deelnemer dient zich strikt te houden aan de afspraken, de finaliteit én begin- en einduur van de uitgang.
De deelnemer kan het transitiehuis ook verlaten onder begeleiding. Dit kan individueel of voor georganiseerde groepsactiviteiten (sport, cultuur, ontspanning) waarvoor steeds meerdere begeleiders beschikbaar worden gesteld.
Tot slot organiseert het transitiehuis ook verplichte activiteiten in huis. Zo vindt o.a. om de twee weken het deelnemersoverleg plaats. Het deelnemersoverleg wordt voorgezeten door de coördinator en de agenda wordt bepaald door de groep in samenspraak met de medewerkers. Op dit overleg wordt het reilen en zeilen in huis besproken, er worden samenlevingsafspraken gemaakt en activiteiten georganiseerd. Het deelnemersoverleg wordt ook gebruikt om te werken rond inhoudelijke thema’s, zoals vorming over communicatie, conflicthantering, leren solliciteren, vaderschap, assertiviteit, etc. Een deelnemersoverleg heeft een belangrijke waarde omdat het de groep van deelnemers verbindt rond gemeenschappelijke thema’s en doelen én rond de visie van het transitiehuis.